Normering veiligheidsschoeisel
Inleiding
(EU) 2016/425 -> Veiligheidsschoeisel conform EN ISO 20345
Veiligheidsschoeisel moet gecertificeerd zijn volgens de Persoonlijke Beschermingsmiddelen (PBM)-richtlijn 2016/425. Het schoeisel moet gecertificeerd zijn conform de EN ISO 20345 normering en kent vervolgens diverse klassen met basisvereisten. Daarnaast kunnen aan de basisvereisten extra eigenschappen zijn toegevoegd.
Vernieuwde norm sinds 2022, maar de oude is voorlopig ook nog geldig
De norm voor veiligheidsschoenen EN ISO 20345:2011 is vervangen door de nieuwe norm EN ISO 20345:2022. Er geldt een overgangsperiode die duurt tot en met 2027. In de tussentijd tref je bij Safety Trading producten die gecertificeerd zijn volgens de oude of de nieuwe norm.
Je treft alle info over de verschillende klassen, hun basisvereisten en mogelijke extra eigenschappen schematisch uitgewerkt in de onderstaande tabs. Volledigheidshalve tref je daar ook informatie over ESD-schoeisel.
De details in schema's
- Verschillen tussen oude en nieuwe norm
- EN ISO 20345:2011 (geldig tot en met 2027)
- EN ISO 20345:2022
- EN 61340-4-3 (ESD schoeisel)
De nieuwe norm is voor een groot gedeelte gebaseerd op de oude norm uit 2011. In de nieuwe norm zijn echter wel een aantal zeer verstandige aanpassingen, beperkingen en uitbreidingen toegepast.
De belangrijkste veranderingen in de nieuwe norm
1 - Perforatieweerstand van de antipenetratie tussenzool
In de oude norm was de weerstand gemarkeerd met het symbool P en werd de test uitgevoerd met een spijkerdiameter van 4,5 mm. De test was gebaseerd op zowel stalen tussenzolen als tussenzolen van composiet of andere kunststoffen.
Voor de metalen antiperforatiezool verandert er niets, enkel de "dikke" spijker wordt gebruikt tijdens de test dus de letter blijft gewoon P.
Niet-metalen antiperforatiezolen kunnen met een dikke spijker of met een fijnere spijker getest worden.
PS - de spijkerdiameter bedraagt 3 mm (Small)
PL - de spijkerdiameter bedraagt 4,5 mm (Large)
2 - Slipweerstand
In de oude norm wordt de slipweerstand gemarkeerd met SRA, SRB of SRC. In de nieuwe norm wordt de klasse SRA niet langer met aparte lettersymbolen aangegeven omdat het nu een basisvereiste is voor alle klassen werkschoenen. De nieuwe test is gelijkwaardig aan de voormalige SRA-test die wordt uitgevoerd op een keramische tegel met een zeepoplossing als gladde stof.
Voorheen kon werkschoeisel ook getest worden conform de SRB klasse (test op een stalen ondergrond met glycerol als gladde vloeistof). Deze SRB klasse is komen te vervallen in de nieuwe norm.
De vroegere SRC markering (als een paar schoenen aan zowel de SRA en de SRB test voldeed) is ook komen te vervallen.
In de nieuwe norm kan het schoeisel gemarkeerd zijn met SR (Slip Resistant). Deze test wordt uitgevoerd op een keramische tegel met een zeepoplossing èn glycerol als gladde vloeistof. Schoeisel met de SR markering biedt een hogere frictie (hoeveelheid antislip) dan schoeisel zonder deze markering.
3 - Waterbestendig en waterdicht
In de oude norm werd schoeisel met een een waterbestendig bovenwerk gemarkeerd met WRU (Water Repellent Upper). De waterdichtheid van de volledige schoen werd gemarkeerd met WR (Water Resistant).
In de nieuwe norm is de WRU markering vervangen door WPA (Water Penetration/Absorption).
De WR markering blijft bestaan en kan zijn toegevoegd aan schoenen in de klasses SB, SBP, S1, S1P, S2, S2P en S3. In de nieuwe klasses S6 (S2 + waterdicht) en S7 (S3 + waterdicht) wordt de WR markering niet vermeld omdat deze kwalificatie een van de basisvereisten is van deze nieuwe klasses.
4 - Koolwaterstoffenbestendige zool (FO) niet langer een basisvereiste
Anders dan in de vorige versie van EN ISO 20345 is FO (Fuel Oil) geen basisvereiste meer voor veiligheidsschoenen. In de nieuwe norm wordt FO derhalve altijd apart aangegeven indien van toepassing.
5 - Slijtbestendigheid van de kruipneus
De aanwezigheid van een kruipneus (een beschermende laag die vanaf de zool doorloopt tot over de punt van de schoen, ook wel 'overneus' genoemd) is geen basisvereiste voor veiligheidsschoenen. Maar het is wel fijn om te weten dat als er een kruipneus aanwezig is, deze er daadwerkelijk voor zorgt dat de neuzen van je schoenen minder snel slijten. Schoenen met geteste kruipneuzen krijgen in de nieuwe norm het kenmerk SC (Scuff Cap).
6 - Laddergrip
Laddergrip bestond niet in oude norm. Het gaat niet om een verplichte basiseis, maar de eigenschap kan zijn toegevoegd aan veiligheidsschoenen.
Met laddergrip (LG) wordt aangeduid of een schoen veilig is om op en af ladders te gaan en/of erop te werken. De hak van de schoen verhindert dat je voet kan doorglijden op een trede.
Verplichte basiseigenschappen veiligheidsschoeisel EN ISO 20345:2011 |
||||||||
Veiligheidsklasse → Eigenschappen ↓ |
SB |
SBP |
S1 |
S1P |
S2 |
S3 |
S4 |
S5 |
Veiligheidsneus 200J 1 |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Ondoordringbare tussenzool (P) |
|
ja |
|
ja |
ja |
ja |
||
Gesloten hiel |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Brandstofbestendige zool (FO) |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Antistatische eigenschappen (A) |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Energieabsorberende hielzone (E) |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Waterdicht bovenwerk (WRU) |
60 min. |
60 min. |
|
|
||||
Volledig waterdicht (WR) |
80 min. |
80 min. |
||||||
Profielzool met antiverstoppingseigenschappen |
ja |
ja |
||||||
Antislipzool (SRA, SRB of SRC) 2 |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Eventuele aanvullende eigenschappen |
||
Symbool |
Eigenschap |
Nadere uitleg |
A |
Antstatische eigenschappen |
SB of SBP gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis niet antistatisch te zijn, maar het kan wel zijn toegevoegd. Elektrische weerstand ≥0.1 ≤1.000 MOhm. |
E |
Energieabsorberende hielzone |
SB OF SBP gecertifceerd schoeisel hoeft vanuit de basis geen energieabsorberende hielzone te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd. |
FO |
Brandstofbestendige zool |
SB OF SBP gecertifceerd schoeisel hoeft vanuit de basis geen brandstofbestendige zolen te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd. |
WRU |
Waterdicht bovenwerk |
SB, SBP, S1, S1P gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis geen waterdicht bovenwerk te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd. Meestal is het bovenwerk waterdicht gemaakt met behulp van een waterdicht membraan. Attentie: WRU gecertificeerd schoeisel is getest tot 60 minuten, daarna zou het materiaal kunnen doorlekken. |
WR |
Waterdicht schoeisel |
SB, SBP, S1, S1P, S2 en S3 gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis niet volledig waterdicht te zijn, maar het kan wel zijn toegevoegd. Meestal is het bovenwerk waterdicht gemaakt met behulp van een waterdicht membraan. Daarnaast is de zoolconstructie waterdicht verbonden aan het bovenwerk (dus ook stiksels en/of lijmverbindingen laten geen water door). Attentie: WR gecertificeerd schoeisel is getest tot 60 minuten, daarna zou het materiaal kunnen doorlekken. S4 en S5 schoeisel is altijd volledig waterdicht, in bijna alle gevallen betreft het laarzen van rubber, PVC of een andere kunststof. |
CI |
Koude-isolerend |
Bij een buitentemperatuur tot en met -17°C daalt de temperatuur binnenin de schoen niet meer dan 10°C binnen 30 minuten. Je voeten zijn in koude omgevingen èn op koude ondergronden beschermd. Ook de veiligheidsneus en ondoordringbare tussenzool hebben geen negatieve invloed op de afkoeling. |
HI |
Hitte-isolerend |
Bescherming tegen verbranding van je voetzool op ondergronden tot maximaal 150°C (bij een contacttijd van maximaal 30 minuten). Ook de veiligheidsneus en ondoordringbare tussenzool hebben geen negatieve invloed op de opwarming binnenin je schoen. |
HRO |
Hittebestendige zool |
Zool bestand tegen hitte tot maximaal 300°C bij kort contact (maximaal 60 seconden). |
AN |
Enkelbescherming |
Aanvullende bescherming van je enkels |
M |
Bescherming middenvoetsbeentje (wreef) |
Aanvullende bescherming van je wreef. |
ESD |
Electro Static Discharge |
Klasse 1, 2 of 3 |
1 Veiligheidsneus 200J
De veiligheidsneus beschermt je voorvoet en tenen tegen vallend materiaal en weerstaat 200 joule (een gewicht van 20 kilo dat, onder normale omstandigheden, vanaf 1 meter hoogte naar beneden valt).
2 Antislipzool (SRA, SRB of SRC)
Het schoeisel is getest op een minimaal aanwezige hoeveelheid frictie. Dat wordt vertaald naar een schaal van 0 tot 1. Bij 0 is er geen enkele frictie en bij 1 is er een erg hoge frictie (denk aan een ruwe deurmat).
De SRA-test wordt gedaan op een tegelvloer en de SRB-test op een stalen vloer. Als schoeisel voldoet aan de eisen van zowel de SRA als de SRB test is het SRC gecertificeerd.
Watertest (SRA) |
Glyceroltest (SRB) |
|||
Ondergrond |
Keramische tegelvloer |
Ondergrond |
Staal |
|
Gadde vloeistof |
Water met schoonmaakmiddel |
Gladde vloeistof |
Glycerol |
|
Vereiste frictie (hiel/hak) |
0.28 |
Vereiste frictie (hiel/hak) |
0.13 |
|
Vereiste frictie (hele zool) |
0.32 |
|
Vereiste frictie (hele zool) |
0.18 |
Basisvereisten veiligheidsschoeisel EN ISO 20345:2022 |
|||||||||||||||||||
Veiligheidsklasse → Eigenschappen ↓ |
SB |
SBP |
S1 |
S1P |
S1PS |
S1PL |
S2 |
S2P |
S3 |
S3S |
S3L |
S4 |
S5 |
S5S |
S5L |
S6 |
S7 |
S7S |
S7L |
Antislipzool, keramische tegel + zeep |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Veiligheidsneus 200 J / 15000 N 1 |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Gesloten hiel |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Schokabsorberende hielzone (E) |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Antistatische eigenschappen (A) |
|
|
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
Antiverstoppingszool |
|
|
|
|
ja |
ja |
ja |
|
ja |
ja |
ja |
|
ja |
ja |
ja |
||||
Antipenetratiezool, staal (P) |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja | ||||||||||||||
Antipenetratiezool, metaalvrij, spijkertest Ø 3 mm (PS) |
ja |
ja |
|
|
ja |
|
|
|
ja |
|
|||||||||
Antipenetratiezool, metaalvrij, spijkertest Ø 4,5 mm (PL) |
ja |
|
|
ja |
|
|
ja |
|
|
|
ja |
||||||||
Waterbestendig bovenwerk (WPA) |
ja |
ja |
ja |
ja |
ja |
|
|
|
|
||||||||||
Volledig waterbestendig (WR) |
ja |
ja |
ja |
ja |
|||||||||||||||
Volledig waterbestendig (Rubber/PU) |
ja |
ja |
ja |
ja |
|
|
|
|
1 Veiligheidsneus 200 J
De veiligheidsneus beschermt je tenen tegen vallend materiaal en weerstaat 200 joule (een gewicht van 20 kilo dat, onder normale omstandigheden, vanaf 1 meter hoogte naar beneden valt).
Eventuele aanvullende eigenschappen (niet behorend tot de basisvereisten van een paar veiligheidsschoenen uit één van de bovenstaande klassen) |
||
Symbool |
Eigenschap |
Nadere uitleg |
A |
Antstatische eigenschappen |
SB of SBP gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis niet antistatisch te zijn, maar het kan wel zijn toegevoegd. Elektrische weerstand ≥0.1 ≤1.000 MOhm. |
E |
Energieabsorberende hielzone |
SB OF SBP gecertifceerd schoeisel hoeft vanuit de basis geen energieabsorberende hielzone te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd. |
FO |
Koolwaterstoffenbestendige zool |
Veiligheidsschoeisel hoeft vanuit de basis geen brandstofbestendige zolen te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd. |
WPA |
Waterdicht bovenwerk |
SB, SBP, S1, S1P, S1PS en S1PL gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis geen waterdicht bovenwerk te hebben, maar het kan wel zijn toegevoegd.Meestal is het bovenwerk waterdicht gemaakt met behulp van een waterdicht membraan. Attentie: WPA gecertificeerd schoeisel is getest tot 60 minuten, daarna zou het materiaal kunnen gaan doorlekken. |
WR |
Waterdicht schoeisel |
SB, SBP, S1, S1P, S1PS, S1PL, S2, S2P, S3, S3PS en S3PL gecertificeerd schoeisel hoeft vanuit de basis niet volledig waterdicht te zijn, maar het kan wel zijn toegevoegd. Meestal is het bovenwerk waterdicht gemaakt met behulp van een waterdicht membraan. Daarnaast is de zoolconstructie waterdicht verbonden aan het bovenwerk (dus ook stiksels en/of lijmverbindingen laten geen water door). Attentie: WR gecertificeerd schoeisel is getest tot 80 minuten, daarna zou het materiaal kunnen doorlekken. |
CI |
Koude-isolerend |
Bij een buitentemperatuur tot en met -17°C daalt de temperatuur binnenin de schoen niet meer dan 10°C binnen 30 minuten.Je voeten zijn in koude omgevingen èn op koude ondergronden beschermd. Ook de veiligheidsneus en ondoordringbare tussenzool hebben geen negatieve invloed op de afkoeling. |
HI |
Hitte-isolerend |
Bescherming tegen verbranding van je voetzool op ondergronden tot maximaal 150°C (bij een contacttijd van maximaal 30 minuten). Ook de veiligheidsneus en ondoordringbare tussenzool hebben geen negatieve invloed op de opwarming binnenin je schoen. |
HRO |
Hittebestendige zool |
Zool bestand tegen hitte tot maximaal 300°C bij kort contact (maximaal 60 seconden). |
AN |
Enkelbescherming |
Aanvullende bescherming van je enkels |
M |
Bescherming middenvoetsbeentje (wreef) |
Aanvullende bescherming van je wreef. |
SR |
Extra slipbestendig |
Getest op een stalen vloer met glycerine als gladde vloeistof. |
SC |
Kruipneus (overneus of Scuff Cap) |
Voorzien van een kruipneus die op duurzaamheid getest is. |
LG |
Laddergrip |
De hak van de schoen verhindert dat je voet kan doorglijden op een trede. |
Wat is ESD (Electro Static Discharge, Elektro Statische Ontlading of Elektro Statisch Dissipatief) ?
ESD ken je wellicht beter dan je denkt. Denk bijvoorbeeld aan het knetterende geluid wanneer je je trui uittrekt.
Voor mensen is deze ontlading, die wel tot 40.000 Volt kan oplopen, volkomen onschadelijk omdat het superkort is (slechts enkele nanoseconden). De uitzondering die de regel bevestigt is bliksem.
Wat zijn de gevaren van ESD?
Een vonk als gevolg van ESD kan uiterst vervelende en/of gevaarlijke gevolgen hebben:
+ vuur en/of explosies
+ elektromagnetische interfentie
+ warmte
+ licht
+ geluidsgolven
+ aantrekking van stofdeeltjes (in Clean Rooms een absolute no-go)
Daarnaast kan ESD ook grote schade opleveren aan hooggevoelige elektronische componenten en printplaten hetgeen dan weer leidt tot hoge kosten (storingen en uitval) en onbetrouwbare apparatuur. Enkele voorbeelden van daaraan gerelateerde werkvelden:
+ Luchtvaart
+ Computer- en telecomapparatuur
+ Medische en industriële apparatuur
+ Halfgeleiderproductie
ESD schoeisel moet je NIET verwarren met antistatische schoenen
Zowel antistatisch als ESD schoeisel valt onder de noemer 'geleidende schoenen.' Beide typen geleiden elektrische ladingen naar de grond via je schoenzolen. En beide zijn verplicht in ontvlambare werkomstandigheden en/of waar gevaar is dat gevoelige apparatuur beschadigd raakt door elektrische schokken.
Het grote verschil is dat antistatische schoenen beschermen tegen de opbouw van statische elektrische ladingen, terwijl het bij ESD schoenen onmogelijk is dat er (plotselinge) stroom tussen elektrisch geladen voorwerpen ontstaat.
Antistatische werkschoenen hebben al een vrij lage elektrische weerstand: tussen 0,1 en 1000 MO (MegaOhm). Bij ESD werkschoenen is deze weerstand nog veel lager: tussen 0,1 en 100 MO. Met andere woorden: daar waar antistatische werkschoenen stoppen, gaan ESD schoenen verder.
Een ander verschil is dat antistatische schoenen primair gericht zijn op jouw bescherming, terwijl ESD schoenen meer gericht zijn op het voorkomen van explosies en het beschermen van apparatuur. Een paar schoenen dat wel ESD gecertificeerd is, maar niet als veiligheidsschoenen is dan ook geen Persoonlijk Beschermingsmiddel.
Antistatisch is (bijna altijd) standaard, ESD is een aparte kwalificatie
Bijna alle typen veiligheidsschoenen zijn vanuit de standaard veiligheidsnormering verplicht antistatisch. Alleen SB en SBP genormeerde veiligheidsschoenen zijn dit niet.
Wanneer schoenen ook ESD-gekwalificeerd zijn conform de EN 61340-4-3 normering, wordt dit altijd apart aangegeven op de schoenen. Iedere ESD gekwalificeerde veiligheidsschoen moet aan de buitenkant een ESD markering hebben.
Drie ESD klassen
ESD schoenen kunnen in drie klassen worden ingedeeld binnen de EN 61340-4-3 norm.
Een paar schoenen wordt in een ruimte geplaatst met verschillende vooraf geconditioneerde luchtvochtigheden en een temperatuur van 23°C. Onderverdeeld in klassen:
Klasse 1 - relatieve luchtvochtigheid 12%
Klasse 2 - relatieve luchtvochtigheid 25%
Klasse 3 - relatieve luchtvochtigheid 50%
De relatieve luchtvochtigheid mag maximaal min of plus 3% afwijken en de temperatuur mag maximaal min of plus 2°C afwijken.